Verliefd op Sumatra! - Reisverslag uit Lumban Tapian, Indonesië van Gerran & Carmen - WaarBenJij.nu Verliefd op Sumatra! - Reisverslag uit Lumban Tapian, Indonesië van Gerran & Carmen - WaarBenJij.nu

Verliefd op Sumatra!

Blijf op de hoogte en volg Gerran & Carmen

30 April 2014 | Indonesië, Lumban Tapian

Dag lieve trouwe lezers,

Het is alweer een tijdje geleden dat we ons laatste reisverslag plaatsten en sindsdien hebben we alweer ontzettend veel leuke dingen meegemaakt. Ons laatste reisverslag eindigde met de bedoeling om naar Tissa, Sri Lanka, te reizen. Na lang wikken en wegen - het leven van een reiziger is zwaar - besloten we om dit over te slaan en meteen door te gaan naar Ella. De tuktukdriver van Shehani - ons geweldige guesthouse in Tangalle, waarover later meer - bracht ons in twee uurtjes naar Ella. Wij vonden Sri Lanka al prachtig, maar het werd nog beter. Langs watervallen, door theeplantages en de bergen was deze rit absoluut geen straf. Eenmaal aangekomen in Ella kozen we voor een guesthouse met een schitterend uitzicht. Qua uitzichten staat Sri Lanka toch wel op nummer één bij ons. Wij vonden Ella iets te toeristisch en besloten daarom om de volgende dag door te gaan naar Haputale. We deden dit per trein omdat deze treinreis bekend staat als één van de mooiste ter wereld. En dat was het! Het overtrof al onze verwachtingen en we vonden het jammer dat het maar slechts één uurtje duurde. In Haputale hadden we een beetje pech met het weer, het regende er vrijwel elke middag. Dat hield in dat als we iets wilden ondernemen, we er heel vroeg uit moesten. Aangezien dit niet een van onze sterkste punten is, is dit slechts één keer gelukt. We stonden om zeven uur op en gingen per tuktuk richting Lipton's seat - juist ja, van de Lipton tea. Het laatste stuk moesten we lopen, een half uur steil de berg op, dus een kop thee met Sri Lankaanse lekkernijen hadden we dan ook wel verdiend. De temperatuur was behoorlijk aangenaam en het uitzicht was wederom adembenemend. We namen een tuktuk naar beneden en stopten bij een theefabriek gebouwd door Sir Thomas Lipton, hier leerden we hoe de theeblaadjes uiteindelijk thee om te drinken wordt. Erg leuk en interessant om te zien. Ondanks de regen bleven we nog een paar dagen in Haputale omdat we wederom voor een lastige keuze stonden. Of doorreizen verder het land in of weer terug naar Tangalle en het Sri Lankaanse nieuwjaar met de familie daar te vieren. Wij kozen voor dat laatste.

Op de weg terug naar Tangalle zijn we alsnog gestopt in Tissa. We deden daar een jeepsafari in National Park Yala. Dit was echt supergaaf. We zagen twee jachtluipaarden - zeer zeldzaam -, krokodillen, heel veel olifanten - van heel dichtbij -, roofvogels, apen, tucans en wilde zwijnen. Leuk om eindelijk de dieren in hun natuurlijke leefomgeving te zien. Al kun je van wilde dieren niet echt meer spreken, de meesten zijn behoorlijk gewend aan mensen. We hebben nog even door Tissa gefietst, maar het stadje zelf is niet heel bijzonder. Sri Lanka is nog heel erg authentiek, er zijn amper invloeden van het toerisme te vinden, afgezien van een enkel plaatsje. Erg bijzonder om te zien, dat hadden wij nog niet echt meegemaakt in de vorige landen. Wij hopen dat dit nog lang zo blijft, zodat er nog veel mensen kunnen genieten van het echte Sri Lanka.

Na Tissa gingen we per lokale bus terug naar Tangalle, waar we met open armen werden ontvangen. Shehani guesthouse is het meest vriendelijke, gastvrije en leukste guesthouse waar we tot nu toe verbleven. Pale, Jaapa, Piercity en Boppe deden er alles aan om het ons naar de zin te maken en kwamen vaak even langs om te kletsen en grapjes te maken. Door echt - meer dan enkel 'how are you' - met ze te praten leerden we veel over de lokale cultuur en bevolking. Meerdere keren voerden we gesprekken over uithuwelijking en dat dat naar ons idee niet altijd de beste manier is en dat het niet goed is om bij prostitutie enkel de vrouwen op te pakken omdat je daarmee niet het probleem aanpakt. Ook probeerden we ze uit te leggen dat de plastic tasjes ten opzichte van de papieren tasjes geen vooruitgang is en dat het helemaal niet goed is om zomaar alles van zich af te gooien. Bijzonder om te zien dat zij daar anders over denken maar wel oprecht geïnteresseerd zijn in de 'westerse' ideeën hierover. Na een paar dagen chillen en genieten van het overheerlijke eten was het 14 april, de dag van het boeddhistische nieuwjaar. Nagenoeg alle guesthouses, winkels en supermarkten gingen dicht, en zo ook de onze. Maar geen man overboord: wij waren uitgenodigd om het nieuwjaar bij Pale en zijn familie te vieren. Hoewel Carmen een beetje ziek was, vonden wij het geweldig om drie dagen bij de familie door te brengen en alle boeddhistische nieuwjaarsgebruiken van zo dichtbij mee te maken. De familie deed er alles naar om het ons naar de zin te maken, ze beschouwden ons als hun familie. We hebben erg veel en vooral lekker gegeten, Gerran is ervan overtuigd dat hij minstens drie kilo is aangekomen. Carmen kan dit alleen maar beamen.

Toen Carmen na drie dagen nog steeds een beetje ziek was besloot Pale dat het tijd werd voor een bezoekje aan de dokter. Carmen had hem al een aantal keren vriendelijk bedankt hiervoor, maar op een gegeven moment had hij al een tuktuk gebeld en de dokter had speciaal voor Carmen haar kliniek geopend. Natuurlijk allemaal goed bedoeld, maar geheel overbodig. Van de dokter kreeg Carmen zes verschillende tabletten mee zonder bijsluiter, die ze uiteraard niet heeft geslikt. Google leerde ons dat het medicijnen waren tegen astma en COPD, terwijl Carmen vooral erg moest hoesten en absoluut niet benauwd was. De medicijnen gingen linea recta de prullenbak in. De volgende dag herhaalde dit tafereel zich, maar deze keer had Gerran de hoofdrol. Gerran zat onder de rode bulten en had ontzettende jeuk. We gingen opnieuw naar de dokter en Gerran kreeg vijf soorten tabletten en een lotion mee. Dit keer leerde google ons dat het anti-allergie tabletten waren, Gerran wilde erg graag van de jeuk af, dus heeft de tabletten gewoon geslikt. Na een paar dagen was de jeuk weg en nog een paar dagen later ook de rode bulten. En hij heeft het gelukkig overleefd, want wat had hij het zwaar. Carmen hoest overigens nog steeds. Wij zijn ontzettend blij dat we deze mensen hebben leren kennen en we zullen dan ook ooit nog eens naar Sri Lanka gaan om hen te bezoeken. Wij hebben Sri Lanka en haar bevolking, en in het bijzonder Pale en zijn familie en vrienden in onze harten gesloten.

Helaas verliep na 30 dagen onze visa en vlogen we op vrijdag 18 april naar Kuala Lumpur, de hoofdstad van Maleisië. We waren er al op voorbereid dat Maleisië en vooral Kuala Lumpur meer ontwikkeld zou zijn dan de rest van Zuid Oost Azië, maar toch keken we onze ogen uit. We zagen woonwijken, een snelweg met vangrails en lantaarnpalen (!) en een Mac Donalds langs de weg. Een heel verschil met wat we gewend waren tot nu toe. We kwamen laat en vooral erg moe aan in Kuala Lumpur, dus we namen het eerste beste guesthouse dat we tegen kwamen. Kuala Lumpur is een stuk duurder dan we gewend waren, en voor 16 euro kregen we een hok van 6 m2 met gedeelde voorzieningen. Niet een hele beste keuze, zo bleek later. Er was een verbouwing gaande en het stof hiervan sloeg bij de hoestende Carmen direct op haar keel, wat maakte dat ze de hele nacht kokhalzend boven de prullenbak hing. De volgende morgen om 6 uur zijn we de straat opgegaan op zoek naar een ander guesthouse. We vonden er eentje voor 17 euro: iets groter en ook met gedeelde voorzieningen, maar schoon en geen stof. We hadden het er prima naar onze zin en bleven er uiteindelijk vier nachten en hebben onze dagen in Kuala Lumpur gevuld met winkelen in de grote shoppingmalls met airco, koffie drinken bij de starbucks, eten bij de Mac Donalds en vooral veel (schep)ijs eten. Schep- en softijs is namelijk een bron van bacteriën - gegarandeerd ziek - en eten wij dus amper hier, alleen in de moderne restaurants - wat ons budget vaak niet toelaat. We hebben ook erg genoten van de koffie, die is hier namelijk vaak niet te pruimen, maar na vijf dagen begonnen we het Sri Lankaanse eten, het land en vooral de mensen te missen: tijd om ergens anders naar toe te gaan. De bedoeling was om aan de oostkant van Maleisië een eiland te bezoeken, maar de weersverwachtingen beloofden niet veel goeds. Ook in Kuala Lumpur regende het veel. We hadden geen zin om 7 uur te reizen naar het strand en daar uiteindelijk regen te treffen, we boekten een vliegticket voor de volgende morgen naar Sumatra, Indonesië.

We vlogen in een uurtje naar Medan en namen vanaf daar een taxi naar Bukit Lawang, een jungledorpje in het Noorden van Sumatra. Het is hier prachtig, echt een klein schattig dorpje midden in de jungle met amper verkeer en alleen maar leuke, grappig en vriendelijke locals. De sfeer is hier heel relaxed, tijd bestaat niet, enkel de jungletime en men maakt de hele dag door muziek op gitaren en trommels. Sumatra heeft een tropisch regenklimaat, wat betekent dat het er elke dag - meestal 's avonds en 's nachts - wel een paar uurtjes hard, erg hard (!), regent. Dit vinden wij totaal niet erg, want he, zonder regen geen regenwoud. En zonder regenwoud geen fantastisch Sumatra!

Na een dag rustig aan gedaan te hebben begon onze jungletrekking van twee dagen door - je verwacht het niet - de jungle. Het Gunung Leuser National Park beslaat bijna 8000 km2 en er leven onder andere tijgers, neushoorns en orang-oetans, deze eerste twee worden (gelukkig) amper gezien. De orang-oetans daarentegen worden vrijwel elke dag gespot. Dit was dan ook de belangrijkste reden dat wij twee dagen vrijwillig gingen ploeteren in de jungle. En dan is ploeteren nog een behoorlijk understatement. Carmen is twee keer bijna in huilen uitgebarsten omdat ze deze keer echt dacht dat ze de jungle niet levend zou verlaten. Die zeven uur - achter elkaar (!) - klimmen door de jungle is het zwaarste wat Carmen ooit in haar leven heeft gedaan. Maar het was het absoluut waard al kreeg ze dat pas op de tweede dag over haar lippen. We hebben om en nabij 15 van deze grote oranje apen gezien, sommige van nog geen meter afstand. Erg indrukwekkend en bijzonder en absoluut het hoogtepunt van onze reis tot nu toe! Prachtig om deze dieren in het wild te zien en nog mooier om te zien dat ze kunnen gaan waar ze willen, als ze de mensen zat zijn, gaan ze een paar bomen verderop zitten: precies zoals het hoort. De jungle is van de dieren, niet van de mensen, en gelukkig denken de meeste mensen er in en rond Bukit Lawang ook zo over. Ongeveer halverwege maakten we kennis met Mina, een wereldberoemde orang-oetan en niet omdat ze zo vriendelijk is. Ze staat bekend als de meest agressieve orang-oetan van Sumatra. Ze heeft al vele gidsen en een enkele toerist gebeten. We waren van te voren gewaarschuwd voor Mina en toen we haar op ons af zagen lopen restte ons dan ook niets anders dan rennen, op de vlucht voor deze agressieve aap. Wel moesten we tegelijkertijd uitkijken voor andere apen, want de meesten vinden het niet prettig als je te dicht bij komt of als je onder ze gaat staan - wat je overigens niet altijd in de gaten hebt. Toen we uiteindelijk op een veilige afstand van Mina waren geraakt, vroeg Gerran of er een reden was voor de agressiviteit van Mina. Onze gids vertelde dat orang-oetans de gewoonte hebben om hun baby erg lang bij zich te dragen, zelfs wanneer de baby sterft, ze laten het dan pas los als er alleen nog maar botten over zijn. Mina's baby stierf en zij bleef het dan ook bij zich dragen. Omdat dit ziektes met zich meebrengt en Mina hier waarschijnlijk uiteindelijk aan zou overlijden, hebben de rangers haar verdoofd en het dode aapje uit de armen van haar moeder gehaald. Toen Mina weer wakker werd, was haar baby weg en ze lijkt zich te realiseren dat 'de mens' haar baby heeft afgepakt. Eigenlijk dus best wel logisch dat zij agressief is richting 'de mens'.

Veel van de orang-oetans zijn semi-wild en onderdeel van een project. Apen die een tijdlang in gevangenschap leefden of zijn geboren, worden in dit gebied vrijgelaten. De apen die (nog) niet voor voldoende voedsel kunnen zorgen om in hun levensonderhoud te kunnen voorzien worden bijgevoerd op daarvoor bestemde voederplekken. Deze semi-wilde orang-oetans zijn meestal aan mensen gewend, en zo ook Zuma. Haar ontmoetten we na ongeveer zes uur lopen, net als Mina op de grond. Ze blokkeerde het pad waar wij langs moesten om onze trekking te kunnen vervolgen. Onze gids gaf haar wat fruit en stuurde haar van het pad af, waarna Zuma ons toeliet om haar te passeren op nog geen halve meter afstand. Een beetje eng, maar vooral erg bijzonder. Helaas hebben we Jackie niet ontmoet, zij schijnt de hand van een toerist vast te pakken en pas weer los te laten als je haar fruit geeft. Gelukkig wordt door dit project de populatie van de orang-oetans enigszins behouden, want deze is de afgelopen jaren jammer genoeg drastisch gedaald door het kappen van grote stukken van hun regenwoud.

Na zeven uur afzien en aan het eind de zwaarste afdaling ooit - save the best for last - kwamen we dan eindelijk aan bij het junglecamp waar we de nacht zouden doorbrengen. Het was een van de mooiste en vredigste plekjes waar we ooit zijn geweest, aan een klein riviertje rechtstreeks afkomstig uit een waterval. Het water was erg schoon, dus een heerlijke beloning na een lange dag zwoegen in de jungle. 's Avonds kregen we een uitgebreid diner bij kaarslicht. Na het eten deden we een aantal hilarische groepsspelletjes onder leiding van de goedgehumeurde locals, wat ons echt een schoolkampgevoel bezorgde. Rond negen uur 's avonds voelden we enkele regendruppels en voordat we het woord regen konden uitspreken werd de kraan daarboven opengezet. We vluchtten naar onze tent - die we met een Engels stel deelden - en onder genot van het geluid van de tropische regenbui - wat zoveel lawaai veroorzaakte dat we elkaar op tien centimeter afstand van elkaar niet konden verstaan - vielen we uitgeput op een veel te dun matje in slaap.

De volgende dag werden we - Carmen inclusief de nodige spierpijn, die overigens nog steeds niet helemaal is verdwenen - redelijk uitgerust wakker. Een unieke ervaring om een nacht in de jungle door te brengen. We hebben nog wat in de omgeving rondgelopen en wat gezwommen en na de lunch was het dan echt tijd om te gaan. We gingen in een klein uurtje tubend (in grote opblaasbanden) over de rivier terug naar Bukit Lawang. De stroming was behoorlijk sterk wat het alleen maar leuker maakte. We sliepen nog één nacht in het jungledorpje om de volgende dag per minivan door te reizen naar Lake Toba. De minivan was erg comfortabel waardoor het elf uur reizen gelukkig meeviel. We zitten momenteel op het eiland Samosir in het meer. We hebben een erg leuk guesthouse aan het water, waar we prima kunnen zwemmen. Gerran waant zich opnieuw in zijn kinderjaren waarin hij allerlei kunstjes doet om op zoveel mogelijk verschillende manieren via onze liaan het water in te slingeren. Carmen maakt op verzoek van Gerran wat foto's van zijn hoogstandjes en leest vooral wat in haar boek.

Sumatra bevalt ons tot nu toe erg goed. Het eiland is prachtig, de mensen zijn vriendelijk en het eten is geweldig. Door alle verhalen van verschillende mensen keken we erg uit naar Sumatra, maar het overtreft al onze verwachtingen. Qua natuur is Sumatra nu al absoluut ons favoriet en we kijken dan ook uit naar de rest van Sumatra. Helaas kunnen we ons visum voor Indonesië maar één keer verlengen met 30 dagen, wat betekent dat we in totaal 60 dagen hebben. En dat is veel te kort voor dit grote land. Hier komen we dan ook zeker nog eens terug. Deze manier van reizen werkt erg verslavend en we weten zeker dat we nog veel meer van de wereld willen zien. Voor ons geen resorts of hotels meer, maar alleen een vliegticket en dan gaan en staan waar we willen en doen en zien waar we zin in hebben. Op deze manier leer je een land pas echt goed kennen en bovendien verpesten de grote en met name de hoge hotels en resorts de omgeving. Daar willen wij geen onderdeel (meer) van uitmaken.

Om er nog maar weer een cliché in te gooien: deze reis heeft ons leven nu al verrijkt. De mensen kunnen hier op sommige gebieden nog veel van de westerse wereld leren, maar de westerse wereld kan ook zeker nog veel van de Aziaten leren. Laatst zei een Indonesische man tegen ons: "Thank you for visiting my country". Dit vinden wij typerend voor de lokale bevolking van Indonesië, maar ook van de andere landen waar wij zijn geweest - behalve het grote deel van Vietnam.

We blijven hier nog zolang we het naar onze zin hebben en bereiden ons vast mentaal voor op de 18 uur durende busreis naar Bukittinggi, onze volgende stop. We weten dat we jullie nog foto's verschuldigd zijn bij het vorige reisverslag, maar alles op z'n tijd. Dit is namelijk een tijdrovende bezigheid en het internet is hier op de meeste plekken nog dramatischer dan in de rest van Zuid Oost Azië, maar dat is om heel eerlijk te zijn af en toe ook wel prettig. We weten nog niet precies wat we na Sumatra gaan doen, misschien naar Java of gelijk naar Bali, daar moeten we nog even ons hoofd over breken. We houden jullie wederom op de hoogte!

Opnieuw veel liefs van ons!

  • 30 April 2014 - 12:26

    Géanda :

    Tijdens de "lunch" genoten van jullie reisverslag. Volgens mij zijn er een nieuwe Tarzan en Jane opgestaan.
    Groetjes (schoon)mama

  • 30 April 2014 - 14:18

    Rob En Mamsie:

    Weer genoten van jullie reisverslag, kan me goed voorstellen dat jullie geen hotels meer willen zien in een vakantie, als we dit zo horen! en die foto's! wat geweldig om te zien! Ben super trots op jullie hoe jullie deze bijzondere reis toch maar even doen! heerlijk om te horen en te zien hoe jullie met zn tweeen genieten.

    Liefs en een dikke kus van ons.

  • 30 April 2014 - 16:52

    Belinda:

    Weer erg genoten van jullie reisverslag wederom super...geniet fijn samen. Liefs en knuff van ons.

  • 30 April 2014 - 17:25

    Aniek:

    Wauwww! Weer zo'n mooi reisverslag. Ik ben ontzettend jaloers op jullie. Wat fijn dat jullie het zo ontzettend naar jullie zin hebben. Het klinkt ook echt fantastisch allemaal. Ben zo benieuwd naar jullie foto's en verdere verhalen. Jammer dat jullie maar max 60 dagen in Sumatra kunnen blijven. Aan de andere kant word je zo wel gedwongen verder te reizen en nog meer nieuwe dingen te ontdekken. Wat vervelend... ;)

    Geniet ervan!

    Liefs Sven en Aniek!

  • 01 Mei 2014 - 23:41

    Annie:

    Leuk om jullie weer te volgen!
    Wat een bijzondere "jungle live" ervaringen.
    Geniet nog even van Sumatra, terwijl jullie het volgende avontuur plannen.
    Groetjes uit Wierden

  • 03 Mei 2014 - 13:50

    Ina Pol:

    Wat prachtig niet alleen de foto's maar ook jullie verhalen en wat een bofferds zijn jullie om dit allemaal te zien en zoveel leuke en aardige mensen te ontmoeten.
    Veel plezier nog en kan niet afwachten om al jullie foto's te zien.
    Ina

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Gerran & Carmen

Actief sinds 05 Dec. 2013
Verslag gelezen: 2735
Totaal aantal bezoekers 16129

Voorgaande reizen:

19 Januari 2014 - 01 Juli 2014

Backpacken in Zuid-Oost Azië

Landen bezocht: